‘Ik ben begaan met jullie ellende’ is mijn eerste succesvolle poging om op te treden in de openbare ruimte.
Eens voelde ik me opgesloten in mijn atelier, in mijn creatieve reservaat; de kunstwereld. Er was een enorme afstand tussen mij, de kunstenaar, en de samenleving. Ik had het gevoel een toeschouwer te zijn. De ellende van de wereld te zien via de media, televisie en het internet.
Wat was mijn rol, wat kon ik als kunstenaar doen? Ik dacht dat het beste wat ik als kunstenaar kon doen is mijn medeleven, mijn medelijden en mijn weltschmerz aan zoveel mogelijk mensen te tonen.
Aan de kant van de snelweg, de A28 in de stad waar ik woonde, stond een reclamebord met een advertentie voor een ziektekostenverzekering. Ik naaide een spandoek van 8 bij 12 meter en bezette het reclamebord met de hulp van vrienden. Na vier uur gebruikte Rijkswaterstaat, de eigenaar van de snelweg, een kraan om het spandoek te verwijderen, omdat zij het gevaarlijk en te afleidend vonden voor automobilisten. Maar mijn werk was gedaan. Ik had elke minuut honderden mensen bereikt en inspireerde ook zowel een humanistische preek van een langslopende predikant als een uitzending op Vijf in het Land, een landelijk televisieprogramma dat door het land reist (en daarmee weer in de stroom van ellende stort).
Je zou dit werk kunnen zien als het ontstaan van mijn sociale kunstpraktijk. Ik probeer niet langer een toeschouwer te zijn van sociale gebeurtenissen maar mijn artistieke kijk buiten mijn kunstwereld, de witte kubus, te verankeren.
Video registratie ‘Ik ben begaan met jullie ellende’